Waar waren we gebleven ? Juist bij de brandweer. Wel, toen ik onder de boot dook om de schade op te meten van ons onzacht contact met de Lorient-bodem (wat meeviel), zag ik iets onverwachts…. Onze anode op de schroefas was weg! Voor de leken onder ons : scheepsschroeven worden beschermd door hen elektrisch te verbinden met een groot stuk metaal (anode) dat een lagere potentiaal heeft dan het te beschermen metaal, bijvoorbeeld zink, aluminium of magnesium. Dit stuk metaal zal geleidelijk wegcorroderen en daarbij het ermee verbonden onderdeel beschermen. Pfffttt, heb ik van internet gehaald omdat ik het zelf niet beter kon neerschrijven. Enfin, onze anode was dus weg : ofwel verloren, gepikt (?), of weggecorrodeerd. We zullen het nooit weten, maar in elk geval moest er een nieuwe gemonteerd worden. Gezien alles aan onze Snow Goose “net” iets anders is, was ook de anode afwijkend. Alle chandlers (scheepswinkels) verkopen anodes met vaste maten : 30mm, 35 mm, 40 mm,… Wel onze schroefas is natuurlijk … 38 mm. Hiervoor heb ik opzettelijk een ronde vijl mee, maar jammer genoeg geen bankschroef om die stevig in te bevestigen. Dus dacht ik zo : de brandweer zal wel materiaal hebben, dus nà een babbeltje met die gasten mocht ik in hun atelier mijn anode naar de juiste maat vijlen. Tof van hen. Later ben ik slimmer geworden en bij een inoxwerker direct 3 anodes laten uitboren tot 38 mmm….

Nu nog enkel dat ding onder water op de schroefas met bouten en moeren bevestigen. Gezien mijn fysiek niet meer is zoals in de hoogdagen (hmmm) en dus ook mijn longinhoud drastisch kleine proporties aangenomen heeft, werd zonder verpinken gegrepen naar ons duikmateriaal. Natuurlijk hebben wij niet voor niets onze 2* Nelos duikbrevet op zak en alle materiaal aan boord. Dus onder het waakzaam oog van de oppervlakteveiligheid (lees Sonja), de schrikbare diepte van 1,8m afgedaald om daar vlekkeloos aan echt “technisch duiken” te doen… Nà 10 minuutjes hing onze anode er aan en nu 3 weken later hangt ze er nog steeds aan….

De laatste dag op Belle Ile zijn we terug in de buitenhaven gaan liggen om niet afhankelijk te zijn van de openingstijden van de sluis en zo vroeger weg te kunnen zeilen naar Ile d’Yeu. De Snow Goose lag tegen de middag terug vast aan de kade en haar boei. Intussen hadden we ook onze herstelde Zodiac opgepikt en terwijl we in het zonnetje aan boord bleven, begonnen de bezoekende zeiljachten binnen te lopen. Het is werkelijk onvoorstelbaar hoe het de havenmeesters telkens opnieuw lukt om nieuw aangekomen boten tussen de anderen te wringen. Met hun rib’s duwen ze werkelijk de boten uit elkaar om zo toegang te verlenen aan een pas gearriveerd jacht. Wij lagen uiteindelijk met 6 boten aan één boei…

Vroeg in de morgen (9u …) hebben we Belle Ile en haar havenmeesteres Claire (waar we later nog contact mee hadden) achter ons gelaten voor een heerlijk zeiltochtje naar Ile d’Yeu. Op dit stukje werden we voor de tweede maal verrast door een school dolfijnen. Plots waren ze daar, waren ze overal. Ze speelden rond en onder de Snow Goose alsof ze ieder plekje van haar romp wilden bekijken. Sierlijk, gratieus, lief maar pijlsnel gleden ze door het water, nu en dan eens springend om precies te zeggen “hier ben ik, kijk dan”. Zo vlug als ze plots opdoken, zo vlug waren ze ook weer verdwenen en bleven we terug alleen achter met de zon, zee en horizon als bondgenoten.

Van Ile d’Yeu ging het op 2 juli naar Les Sables d’Olonne : een toffe plaats om te vertoeven met aan de ene kant de haven met zijn restaurants en bars, rond de hoek een prachtig langgerekte baai met een mooi breed zandstrand (bij laagwater) met idem promenade, en daartussen een centrum van nauwe straatjes vol winkeltjes. Op één van onze fietstochtjes kwamen wij toevallig aan de rand van de stad uit op een overdekte marktplaats waar we ongekookte kreeftjes voor een spotprijs kochten. ’s Avonds heeft mijne chefkok van dienst dit superb klaargemaakt en met een beetje stokbrood en een fles witte wijn sloten wij de dag en Les Sables d’Olonne af.

Op 4 juli passeerden wij onder de brug, die Ile de Ré verbindt met het vasteland, op weg naar La Rochelle. Het ging er nogal hard en was best spannend maar zonder mastbreuk (J) lukte het ons om, nà nogmaals controle van de gendarmerie, le port des Minimes, één de de grootste, zoniet de grootste zeilhaven van Europa, binnen te varen. Alhoewel we liever tussen de twee kolossale witte kalkstenen toegangstorens waren gevaren om zo in de oude binnenhaven pal in het centrum van de stad te liggen, verkozen we de eerder onpersoonlijke massahaven iets buiten het centrum om in alle rust nog een puntje van onze “to-do” lijst af te werken, nl. ons gasprobleem.

In een vorig stukje kon je immers lezen dat de gasflessen die wij nodig hadden onmogelijk te krijgen waren in Frankrijk, dat de Campinggasflesjes ons geen voldoening gaven en alle andere flessen te groot waren om veilig in onze kist vooraan op het dek te plaatsen. Dus hadden wij besloten om de kist (van teak) te vergroten zodat ze paste voor een model van flessen van de keten Intermarché die volgens internet over heel Frankrijk aanwezig was. Onze eerste taak was dus het adres van zo’n Intermarché (waar ze gas verkochten, want niet alle filialen doen dit) op te zoeken. Er waren er in La Rochelle 2, dus met de minifiets ging ik de volgende dag op stap om zo’n 5 km buiten het centrum te vinden waar ik voor gekomen was. Met de gasfles op het rek terug naar de Snow Goose waar we, zoals we reeds wisten, vaststelden dat de fles te hoog en te breed was. Nà wat zaagwerk (gelukkig heb ik een groot stuk van mijn gereedschap mee) gleed die ene fles in de kist. We hadden uitgerekend dat we met twee flessen zo’n 3 maanden zouden kunnen overbruggen, dus diezelfde avond nog, fietsten we beiden nogmaals naar de winkel en opnieuw terug met de gasbom en pakken water op het fietsrek. ’s Morgens de nodige aanpassingen gedaan voor de tweede fles en dan op naar de intussen gevonden inox-teak bewerker met de juiste maten om de kist iets te verhogen. Veel geduld was hier aan de orde maar uiteindelijk leverde hij puik werk af en kon dit geplaatst worden. Probleem opgelost (toch voor de 3 komende maanden maar daarna in Spanje … ?)

We zijn een week in La Rochelle gebleven : wandelen in de mooie maar toeristische stad en fietstochtjes naar de rand er van. Op 8 juli reden wij per fiets richting station om daar de bus te nemen voor een bezoek aan twee pareltjes op Ile de Ré : La Flotte en Saint Martin de Ré. Toen we onze mini’s wilden vastketenen, bemerkten wij echter een nogal vagebond uitziende kerel die rondliep met gebruikte fietsbanden en een steeksleutel in de hand, duidelijk op zoek naar onderdelen voor zijn “nieuwe” fiets ! Het bureau van toerisme zo’n 500 m verderop leek ons een veiliger plaats om onze tweewielers achter te laten….

Op 10 juli zagen wij in de verte Fort Boyart voorbijglijden terwijl wij op weg waren naar de ingang van de Gironde (je weet wel die grote beek die je naar Bordeaux brengt van waaruit je eventueel het Kanaal du Midi kan nemen). Wij hadden in Port Médoc met Carine, Franky, Annabelle en Eduard afgesproken om samen iets te gaan eten. Zij waren immers op vakantie in die streek en hadden een rit van een kleine 100 km over om ons nog eens te kunnen omhelzen. Tof van hen en danke hiervoor!!!

Wij hadden intussen gekozen voor een doorsteek naar Spanje via de kustroute : hier moet je ofwel dicht bij de kust blijven ofwel 45 mijl van het land varen door een enorm militair gebied. In dit stuk heb je ook geen vluchthavens mocht het plots slecht weer worden. Een goede timing is hier dus zeker nodig. Zeker als je weet dat de afstand naar Spanje minimum zo’n 140 mijl is.

We vertrokken op 11 juli rond de middag op weg naar Hendaye, op de grens van Frankrijk en Spanje. Het uitvaren van de Gironde was woelig en zoals we nadien lazen niet zonder gevaar, maar hiervan hebben wij niets gemerkt. Eens buiten werden de zeilen over bakboord gezet, Antoine wakker gemaakt en zeilden we met zo’n 15-25 knopen westenwind de nacht in. Sterrenhemels werden afgewisseld met donkere schaduwen van regenwolken, vuurtorens met hun oneindig variërende lichtbundels begeleidden ons en hielden ons netjes op koers, vissersboten met oranje flikkerende zwaailichten verwittigden ons dat ze netten aan het slepen waren en wij dus met een boog om hen heen moesten varen, maar uiteindelijk kwam de zon terug boven de horizon geklauterd en werd het terug licht : nà 26 uren varen gleed onze Snow Goose door Spaans water op weg naar Baskenland : Ongi Etorri !!!

Intussen zijn we hier bijna een week en eigenlijk willen we nog niet weg want het is hier adembenemend mooi, zowel de streek als het weer. We liggen in de haven net achter een dijk met palmbomen, met daarachter een rivier en aan de overzijde een pracht van een Spaans stadje Hondarribia. Wat we zoal gedaan hebben ? Een fietstocht naar Spanje met onze eerste stop in een typisch toeristenvrije pulperia waar we spotgoedkoop onze eerste tapas bestelden met een glas rode wijn, en nog één, en nog één, en waar we tenslotte ook bleven zitten, gewoon omdat het er zó gezellig was; een avondje uit naar een door duizenden mensen bijgewoond Hondarribia blues festival (met bv. de Spaanse groep Huckleberry Finn, Tail Dragger, Zora Young en Eddie Shaw van Chicago, en de Canadees JW Jones met zijn gitaarwerk); een fietstocht langs de Corniche via Socoa (waar op de ondiepte van Belhara de grootste golven van Europa gemeten worden) en Ciboure (verplichte stop aan de haven voor tapas met … een hééél grote pint) naar St-Jean-de-Luz, één van de aantrekkelijkste en authentieke stadjes van Frankrijk met een zéér fraaie, speciale en indrukwekkende barokke kerk St. Jean-Baptiste, waar in 1660 een einde werd gemaakt aan de Spaans-Franse oorlog; maar bovenal hebben we immens genoten van het heerlijke zandstrand, blauwe water, stralende zon en zorgeloos niets doen tussen de honderden surfboys en -girls op het strand van Hendaye. Aan boord werd de bbq boven gehaald en tussen enkele werkjes door werd gesmuld van beestig lekkere sardinas, gambas en zo meer.

Achttien juli zit er bijna op en straks beslissen we waar en wanneer we uit het paradijs zullen vertrekken. Hier blijven is geen optie want we zijn veel te nieuwsgierig naar wat om de hoek ligt ….